Feestjes
Er was een feestje gisteren; de Gouden Kinderboekenborrel in het verre Amsterdamse westen, naast de Kweker, op een groot terrein met niets dan voedsel. De plek waar de beste chefkok ter wereld Natasja (toen ze nog in Nederland woonde) naartoe ging, gewapend met een magische toegangspas. Het feest vond plaats in de Centrale Markthal een pand dat 25 jaar leegstond. Waar tot mijn verrassing nu de Cantina Mobile draaimolen en de andere vertrouwde tenten van de Aprilfeesten stonden, omdat bleek dat Igor en Coen daar onder andere de scepter zwaaien (dat is dus altijd bijvangst bij feestjes, dacht ik nog, dat er mensen rondlopen die je al heel lang kent, maar lang niet zag en die dus gewoon nog bestaan en toffe dingen doen).
Ik won geen goud, maar Pieter Koolwijk met Gozert wel en dat gun ik hem zeer.
Ik koester mijn zilver en vond het feestje helemaal gelukt. Dat is dus dubbele winst, want ik was een beetje feestjesbang geworden de laatste tijd, door al dat thuiszitten misschien. Ik ga dus om te oefenen voorlopig naar álle feestjes die ik tegenkom. Of nou ja, toch minstens nog twee. Sommige mensen beklimmen de Mount Everest om hun dapperheid te oefenen, ik doe glitter op mijn oogleden.