‘Mij! Mij! Mij!’ klinkt het al de hele ochtend. Milo heeft een nieuw lievelingswoord.
De fiets is van hem, de auto ook, het eten van iedereen is ook van hem – behalve ei want dat vindt hij niet lekker.
Als hij met zijn vader wegwandelt galmt zijn stem over het water. Ik hoor Ed nog net iets mompelen: ‘Hopen dat het in juni beter wordt.’