Cheetah
Het hartje op de koffie is mislukt, waar ik dan meteen iets achter zou kunnen zoeken, maar ik ben veel te blij dat er koffie is. Na een nacht vol rondhuppelende poezen en schrikkerige bedgenoten. Een echo van vroeger, een gemene grijns, toen de nacht minstens zo slopend was, maar zich heel wat avontuurlijker op tafels afspeelde, gin tonic in de hand, of zwalkend met maten door de straten, als wolven de weemoed behuilend. Dit leven, zo scherp, zo weinig tijd en ik schrijf zo snel mogelijk om al die verhalen bij te houden, tot ik luid en duidelijk op papier heb staan. Het wordt een race tegen de klok. En de neiging me ervoor te excuseren blijft, vandaag vroeg iemand of ik diegene was die drie jaar geleden een artikel schreef in Ouders van Nu, over Milo. En een halve tel gleed er de mogelijkheid tot een ander leven voorbij. Door te ontkennen. Een leven zonder kinderen, vol reizen en al die verhalen allang geschreven. Hoewel, dus, niet díe verhalen. Want ze vormen ons. Al die dierbaren, met en zonder hobbels, of weerhaakjes. We horen bij elkaar. Of, zoals Milo vanmorgen tevreden vaststelde: ons hele gezin is een cheetah.