En ren
De heuvelrugloop is afgelast. Dat soort nieuwtjes, daar veer ik van op tegenwoordig. Want gisteren holde ik nog door die nieuwe achtertuin van me, het Westerpark en dat ging heel redelijk. Wat me steeds verbaast is dat ik de deur uit loop en met rennen begin en dat mijn hele lijf dan per direct zeker weet dat het niet gaat gebeuren. Die eerste stappen zijn niet te doen. TERUG, brult mijn lijf, mijn knieën rammelen, alles aan mij moppert. Dan ren ik dus een minuutje, wandel ik een minuutje, ren weer een minuutje – eigenlijk, preciezer, op de seconde af 1 minuut, want ik ben mijn eigen strenge juf, ogen vastgelijmd aan de secondes. En dan, tegen de tijd dat ik het Westerpark heb bereikt en de Evy-app me mededeelt dat ik vijf minuten heb gelopen tegen een extreem lage gemiddelde snelheid en dat ze er toch opbeurend ‘heel goed’ aan toevoegt, dán pas begin ik te rennen. En dan hou ik niet meer op. Dan kan ik opeens veertig minuten achter elkaar door. Datzelfde lijf. Diezelfde knieën. Kom maar op met die Heuvelrugloop dacht ik dus, gisteren, bij thuiskomst. Amsterdam op de Ring, Jowi in het bos. Wat nu?